In de praktijk komen vragen over de NEN 3140-inspecteur vaak neer op: wat moet ik precies doen, wie mag het uitvoeren en hoe zorg ik dat ik én de installatie veilig blijf? Deze gids is geschreven voor elektromonteurs die willen doorgroeien naar NEN 3140 keurmeester of hun werk als inspecteur nóg professioneler willen aanpakken. We nemen je stap-voor-stap mee door de volledige inspectieprocedure volgens NEN 3140+A3:2019, inclusief meetmethoden, bevoegdheden, rapporteren en de verschillen met NEN 1010.
Wat doet een NEN 3140 inspecteur?
Een NEN 3140 inspecteur is verantwoordelijk voor het veilig gebruik van bestaande elektrotechnische installaties. Je voert visuele inspecties, metingen en beproevingen uit en rapporteert over de veiligheidstoestand. In tegenstelling tot een installateur die volgens NEN 1010 werkt bij nieuwe aanleg, richt jij je op beheer en onderhoud.
Takenpakket en verantwoordelijkheden in bestaande installaties
- Periodieke inspecties op basis van risico-inventarisatie (RI&E)
- Visuele keuring van verdeelinrichtingen, kabelgoten, labeling, IP-bescherming
- Metingen zoals isolatieweerstand, aardverspreidingsweerstand, RCD-test, lusimpedantie (Zs)
- Classificatie van afwijkingen en hersteladvies in rapportages
Bevoegdheden: VOP, VP, WV en IV, wie mag wat?
- VOP (Voldoende Onderricht Persoon): mag eenvoudige, niet-risicovolle inspecties uitvoeren
- VP (Vakbekwaam Persoon): voert zelfstandig inspecties en metingen uit
- WV (Werkverantwoordelijke): eindverantwoordelijk voor veilige uitvoering en aanwijzing van inspecteurs
- IV (Installatieverantwoordelijke): beleidsmatig verantwoordelijk, stelt inspectiefrequentie en beleid vast
NEN 3140 vs NEN 1010: beheer versus aanleg
NEN 1010 geldt bij nieuwbouw of aanpassingen; NEN 3140 beschrijft beheer, gebruik, onderhoud en inspectie van bestaande installaties. A3:2019 bracht enkele updates, zoals scherpere eisen aan rapportage, bevoegdheden en meetmethoden.
Stap-voor-stap: zo voer je een NEN 3140-inspectie uit
Een goede NEN 3140 inspectie start met voorbereiding en eindigt met heldere rapportage.
Voorbereiding: RI&E, LMRA, werkvergunning en LOTO
- Controleer de risico-inventarisatie (RI&E)
- Doe een LMRA (Laatste Minuut Risico Analyse)
- Vraag zonodig een werkvergunning aan
- Volg de LOTO-procedure (Lock Out Tag Out) voor veilig spanningsloos stellen
Visuele inspectie: bekabeling, verdeelinrichtingen, labeling, IP-bescherming
- Check op beschadigingen, overbelasting, juiste labeling, toegankelijke kabelgoten
- Controleer verdeelinrichtingen, railkoker, schakelaar, contactdoos en IP-waarden
Metingen en beproevingen: RCD, isolatie, Zs/Ik, aardverspreiding, thermografie
- Isolatieweerstand (Riso): minimaal 1 MΩ, meten tussen fasen en aarde
- Lusimpedantie (Zs): check of de kortsluitstroom voldoet voor beveiligingsapparatuur
- Aardverspreidingsweerstand: meestal < 166 Ω (230V/1,4A)
- RCD-test (aardlek): met installatietester, 1×IΔn en 5×IΔn, uitschakeltijd ≤ 300 ms
- Thermografie: IR-camera voor hotspots en slechte verbindingen
Rapportage: meetstaat, classificatie afwijkingen en hersteladvies
- Classificeer bevindingen:
- Direct gevaarlijk (onmiddellijk herstellen)
- Afwijking (binnen termijn herstellen)
- Adviespunt (monitoren)
- Voeg meetrapportage sjabloon toe, vermeld kalibratie van je meetinstrumenten en keuringsstickers als bewijs
Meetapparatuur en hulpmiddelen voor de inspecteur
De juiste tools zijn cruciaal voor betrouwbare inspecties.
Installatietester specificaties (CAT-III/CAT-IV, nauwkeurigheid)
- Gebruik alleen testers met CAT-III of CAT-IV classificatie, afhankelijk van de meetlocatie (bij hoofdverdeler altijd CAT-IV)
- Check kalibratiecertificaat en nauwkeurigheid (max. 5% afwijking)
RCD-/lus-/isolatiemeters, klemampèremeter, IR-camera; kalibratie en onderhoud
- Installeer periodiek onderhoud en kalibratie (jaarlijks)
- Gebruik klemampèremeter voor stroommetingen, IR-camera voor thermografie
PBM en veilig werken: spanningsdetector, lockout kits, arc‑flash overwegingen
- Draag altijd PBM (PPE): isolerende handschoenen, gezichtsscherm, veiligheidsschoenen
- Gebruik lockout kits en spanningsdetector vóór aanvang werkzaamheden
- Let op arc-flash risico’s bij openen van verdeelinrichtingen (lees meer over thermografie)
Normkaders en updates
Een NEN 3140 inspecteur moet de norm goed snappen én bijhouden.
Belangrijke punten uit NEN 3140+A3:2019
- Striktere eisen aan bevoegdheden en instructies
- Duidelijkere eisen aan rapportage en meetwaarden
- Aandacht voor selectiviteit en kortsluitvermogen bij bestaande installaties
Periodieke inspectiefrequentie en vastleggen in beheerplan
- Frequente keuringen: minimaal 1× per 3-5 jaar, afhankelijk van installatie en gebruik
- Leg de inspectiefrequentie vast in het beheerplan, afgestemd met de installatieverantwoordelijke
Van elektromonteur naar NEN 3140 inspecteur
Wil je doorgroeien naar keurmeester? Dit is het stappenplan.
Opleidingspad, certificaat en interne aanwijzing door de werkgever
- Volg een erkende opleiding NEN 3140 keurmeester (theorie & praktijk)
- Haal je NEN 3140 certificaat, inclusief beproeving en praktijkcases
- Laat je intern aanwijzen tot VP of WV door je werkgever (documentatie vereist)
Praktijkervaring, portfolio en voorbeelden van valkuilen in het veld
- Bouw praktijkervaring op: start met eenvoudige inspecties onder begeleiding
- Werk aan een portfolio met afwijkingen, meetrapporten en hersteladviezen
- Let op valkuilen zoals slechte labeling, verlopen kalibratie of onvolledige rapportage
Veelgestelde vragen van monteurs beantwoord
Wie mag keuren? Welke niveaus zijn er? Hoe vaak keuren? Welke metingen? Certificaat en geldigheid?
- Wie mag een NEN 3140-keuring uitvoeren? Minimaal een VP met aanwijzing door de WV.
- Welke metingen zijn verplicht? Riso, Zs, aardverspreidingsweerstand, RCD-test, thermografie waar nodig.
- Hoe vaak moet ik keuren? Richtlijn: elke 3-5 jaar, afhankelijk van RI&E en installatiegebruik.
- Hoe word ik inspecteur? Volg de opleiding NEN 3140 keurmeester, haal het certificaat, laat je intern aanwijzen.
- Wat is het verschil tussen NEN 1010 en 3140? NEN 1010 = aanleg; NEN 3140 = beheer/gebruik (meer uitleg).
- Hoe classificeer ik afwijkingen? Direct gevaarlijk (herstel direct), afwijking (herstel binnen termijn), advies (monitoren).
- Hoe zit het met kalibratie? Jaarlijks laten uitvoeren, bewijs toevoegen aan rapportage.
Checklist en quick wins voor de NEN 3140 inspecteur
Voor vertrek:
– Controleer kalibratiecertificaten (installatietester, RCD-meter, IR-camera)
– Neem PBM, lockout kit en meetrapportage sjablonen mee
Op locatie:
– Doe een LMRA vóór aanvang
– Volg de LOTO-procedure strikt
– Leg afwijkingen direct vast in digitale meetstaat
Na afloop:
– Classificeer bevindingen
– Voeg meetrapporten en kalibratiebewijzen toe
– Plak/registreer keuringssticker, stel rapportage op voor de WV/IV
Afsluiting: van monteur naar inspecteur
Wil je doorgroeien naar NEN 3140 inspecteur of je kennis als keurmeester verdiepen? Start met een praktijkgerichte opleiding, bouw je portfolio op en zorg dat je altijd werkt volgens de laatste norm en met gekalibreerde meetapparatuur. Meer weten over opleidingspaden en doorgroeimogelijkheden? Bekijk ook de 6 doorgroeimogelijkheden voor elektromonteurs.












